Grondig geschoold, maar ongeschonden
Talent, goesting en lef zijn natuurlijk cruciaal voor een artiest. Lang heeft Sabijn dus niet naar haar inwendige zangeres gezocht: die diende zich al van bij de geboorte aan. Aanleg is dan wel cruciaal, het is zelden voldoende. Hoe achteloos het er on stage ook mag uitzien: dit is het resultaat van bloed, zweet en vele tranen. Sabijn schaafde, timmerde en perfectioneerde haar talent zoals het hoort. Geen shortcuts, geen misplaatste arrogantie, wel zwoegen richting perfectie. Met dank aan begeesterende (én ook destructieve) docenten, een warm netwerk en vooral: haar niet aflatende wil om er te geraken. De echte dromer herken je aan het realisme dat hij/zij hanteert om die droom te bereiken.
Self made woman "She did it her way…"
Sabijn heeft het helemaal zelf gedaan. Het is haar zegen en haar vloek. Door telkens zelf het heft in handen te nemen, heeft ze geleerd wat vele artiesten nooit moesten leren. Het noodlot, haar hersenbloeding, maakte dat ze zich ook meerdere keren weer moest heruitvinden.
Het heeft haar verplicht op ook haar creatieve en artistieke troeven optimaal uit te bouwen.
Ze is niet alleen zangeres en performer, maar ook componiste, regisseur, choreograaf en schrijver. Gewoon teksten vertalen is niet voldoende: zowel de inhoud als de vorm moeten kloppen. Muziek naspelen is één ding; er helemaal je eigen ding mee doen is nog wat anders, laat staan het schrijven van geheel eigen nummers.
Dat we het hier over Jazz, swing, blues… hebben maakt dit oeuvre nog indrukwekkender: dit zijn geen schlagers of hapklare popdeuntjes, maar harmonische en ritmische kunststukken. Geen goedkope one-woman shows, maar poëtisch en gelaagd cabaret.
Bij deze diva zal je geen sterallures aantreffen, alleen verworven trots. Een muze staat ten dienste van de kunst.
De aanhouder wint, Sabijn triomfeert
Het lot besliste dus dat Sabijn pas op 30-jarige leeftijd de kans zou krijgen om zich fulltime met kunst bezig te houden. Hierover kniezen? No thanks…
Ze nam het heft in eigen handen en studeerde af aan maar liefst 2 conservatoria: Gent en Brussel. Obstakels waren gedoemd om omver geblazen te worden.
Hard labeur dus, en vooral: constant switchen tussen twee werelden. Overdag spelen met fijne 2- klankjes (diftongen), ‘s avonds handenarbeid.
Sabijn ging over haar grenzen, maar ook letterlijk en figuurlijk “over de tong”. Eenvoudig was het niet, maar opgeven was nooit een optie. Het heilige vuur viel niet te blussen.
Eenmaal afgestudeerd gaf ze jaren les in het DKO (Deeltijds Kunst Onderwijs) en was ze leerkracht verbale expressie. Vol bezieling improviseerde ze er met haar leerlingen op los.
De lokroep van het podium klonk echter steeds luider en liet zich niet langer negeren. Ze stopte met lesgeven en richtte al haar pijlen op haar droom. De kroniek van een aangekondigde voltreffer.
De rest is geschiedenis, maar vooral ook: toekomst.
Comments